
Ik heb mij dit coronajaar opgesloten als een heremietkreeft in een nautilusschelp, een prachtexcuus om mijn woonst en tuin niet te verlaten. Hierdoor viel een bezoek aan de tweedehandsboekenwinkels in het water, maar ik heb niet stilgezeten. Tromgeroffel, ik ben namelijk op ontdekkingstocht geweest in mijn eigen boekenkast en heb een pareltje herontdekt.
Om de zoveel tijd besluit ik om mijn boekenkast te reorganiseren en in dit classificeringsproces gebruik ik enkele trucjes. Ik berg bijvoorbeeld een deel van mijn boeken op in kartonnen dozen of ik spreid ze op de grond uit en maak een selectie. Vervolgens bedenk ik een categorisatiesysteem dat gebaseerd is op enkele parameters. Vaak schend ik hierbij alle regels van het archiveren en orden ik mijn boeken per kleur of selecteer ik op basis van de typografie van de titel. Deze praktijk staat ver weg van het alfabetisch schikken van boeken of het allesoverheersende genrefetisjisme dat aanwezig is in bibliotheken en archieven. Tot slot krijgen de boeken een nieuwe plaats in de boekenkast toegewezen.
In mijn ijver
vind ik dan een 'vergeten' boek terug en dit wil ik met jullie delen. Tijdens
mijn laatste boekenkastreorganisatie ben ik op Ferdydurke van Witold
Gombrowicz gebotst. Het is een absurdistische avant-garderoman met groteske
verhaalelementen uit 1937. Dit traktaat over onvolwassenheid, spot en
ontmaskering barst van de cultuurkritiek. Het verhaal is eenvoudig samen te
vatten: het 30-jarige hoofdpersonage (ik-perspectief) gaat terug naar school en
daar wordt zijn volwassenheid bestraft. Het is een loflied van de puberteit,
een aanrader!
